-
1 blank
adj. blanco; zonder uitdrukking--------n. lege ruimte; onbeschreven blad--------v. wegvegenblank1[ blængk] 〈 zelfstandig naamwoord〉1 leegte ⇒ leemte, blanco formulier♦voorbeelden:¶ a double blank • een dubbel blank, een dominosteen zonder ogen————————blank2〈bijvoeglijk naamwoord; blankness〉1 leeg ⇒ blanco, onbeschreven2 uitdrukkingsloos ⇒ onbegrijpend, ongeïnteresseerd♦voorbeelden:a blank cartridge • een losse patroon/flodder〈 geldwezen〉 blank letter of credit • blanco krediet/accreditief, open krediet/accreditiefa blank line • een witte regela blank page • een lege/blanco paginaa blank refusal • een botte weigeringblank verse • blank/rijmloos vers 〈 in vijfvoetige jamben〉 -
2 a blank bill
-
3 clean
adj. schoon; rein; zuiver--------adv. zuiver--------n. schoonmaak, reiniging--------v. schoonmaken; reinigen; zuiverenclean1[ klie:n] 〈 zelfstandig naamwoord〉♦voorbeelden:————————clean2〈bijvoeglijk naamwoord; cleanness〉2 〈 benaming voor〉 welgevormd ⇒ sierlijk; glad, gestroomlijnd 〈 vliegtuig〉; regelmatig; duidelijk, helder 〈 stijl〉3 compleet ⇒ finaal, helemaal4 oprecht ⇒ eerlijk, sportief5 onschuldig ⇒ netjes, fatsoenlijk, kuis6 〈 slang〉 schoon ⇒ clean, eraf, 〈 in het bijzonder〉 geen drank/drugs gebruikend, droog; geen verboden wapens/drugs hebbend♦voorbeelden:1 give someone a clean bill of health • iemand kerngezond verklaren, iemand in orde verklaren 〈 ook figuurlijk〉; verklaren dat iemand er financieel goed voorstaatmake a clean sweep • schoon schip makenhit the ball cleanly • de bal vol rakencatch a ball cleanly • een bal in een keer vangencome clean • voor de draad komen, eerlijk bekennena clean record • een blanco strafbladkeep it clean • hou 't netjesmake a clean breast of something • iets bekennen, ergens schoon schip mee makenkeep one's nose clean • zich nergens mee bemoeienshow a clean pair of heels • z'n hielen lichten, de benen nemenclean as a new pin/as a whistle • brandschoon, zo schoon als watwipe the slate clean • met een schone lei beginnen————————clean3♦voorbeelden:→ clean up clean up/II 〈 overgankelijk werkwoord〉1 schoonmaken ⇒ reinigen, zuiveren♦voorbeelden:have a coat cleaned • een jas laten stomenclean down • schoonborstelen, schoonwassen————————clean4〈 bijwoord〉1 volkomen ⇒ helemaal, compleet, finaal♦voorbeelden:I'm clean out of sugar • ik zit helemaal zonder suikercut clean through • helemaal/finaal doorgesneden
См. также в других словарях:
Temporada 2011 de Superleague Fórmula — Temporada 2011 de Superleague Formula Anterior: 2010 Siguiente: 2012 La temporada 2011 de la Superleague Fórmula es la cuarta temporada del campeonato y comienza oficialmente el 4 de junio en el circuito de Assen. Terminaria de forma muy… … Wikipedia Español